31 december 2011
Bol
De media staan bol van de deprimerende berichten over het afgelopen jaar en de nabije toekomst.
Ik hap het oude jaar weg met een bol en hoop vurig dat 2012 ons niet al te zwaar valt!
25 december 2011
Multifunctioneel
Met de lelijke grijze tas van skai (nepleer) op het boodschappenkarretje – een erfstuk – bracht ik afgedankte boeken naar een filiaal van De Slegte. Een aantal ervan leverde wat op, de rest ging mee terug. Nu op naar een nabijgelegen schoenenwinkel om een paar laarzen voor een van de gezinsleden op te halen. Ik kreeg ze mee in een enorme doos, verpakt in een knalrode plastic zak.
8 december 2011
Kletskop
Ook een weekendje weg?
Dat had ik weer, de passagier naast mij knoopte direct een praatje aan. Ik antwoordde afwerend, maar de man hield vol, met uiteindelijk een geanimeerd gesprek als resultaat.
27 november 2011
Uit de doeken gedaan
U komt zeker niet iemand afhalen?
De dame die de vraag stelde, stond bij de nieuwe spandoekenautomaat in de aankomsthal van Schiphol. Voor een paar euro’s kunnen afhalers hier een eigen spandoek afdrukken om de afgehaalden hun eigen moment of fame te bezorgen. De automaat, nog afgezet met een roodwit lint, draaide proef; de dame in kwestie kon het drukproces begeleiden.
15 november 2011
Esdoornroosje
Bergen esdoornbladeren en -vleugeltjes zijn de tuin ingedwarreld, maar met mijn heksenbezem tover ik ze grotendeels weg.
Na het buitengebeuren soes ik in de schemering behaaglijk weg op de sofa, uitkijkend op het donkere silhouet van de inmiddels kale esdoorn.
Als ik wakker schrik uit mijn schoonheidsslaapje is het aardedonker.
1 november 2011
Klein geluk: nootzaak
De bomen in de buurt brachten een overvloedige hazelnotenoogst voort, waardoor de notenhouten schaal op tafel goed gevuld is. Dat wordt dus roosteren, of meebakken in de boterkoek c.q. gevulde speculaas. En eerst menig harde noot kraken!
25 oktober 2011
Klein geluk: jammie!
Het leukste aspect aan zelfgemaakte jam is het tuttige doekje om het deksel van de jampot, liefst met een ruitjes- of bloemetjespatroon en een kartelrandje. Een fruitig etiketje maakt het helemaal af.
11 oktober 2011
Schaalvergroting
De druivenopbrengst dit jaar is onverwacht – blijkbaar houden druiven toch van nattigheid – groot. Twee enorme Wedgwood-schalen, gedecoreerd met druiventrosjes en -bladeren, pronken goed voorzien op tafel.
Maar er is meer: in de keuken staan, door een overschot aan vruchten, potten druivengelei. Heerlijk zoet, de druiven hoeven niet altijd zuur te zijn.
4 oktober 2011
Bagage
Voor de promotie van zijn recent verschenen boek Met bonzend hart, brieven aan Hella S. Haasse vereert Willem Nijholt de boekwinkel in mijn woonplaats met een bezoek. Als bewonderaar van zowel Hella Haasse als Willem Nijholt ben ik van de partij.
11 september 2011
Paco
Hij is met watten gevuld en heeft een zachte kant, maar doet er alles aan niet al te soft of als watje over te komen. De dames vallen bij bosjes voor zijn diepblauwe kijkers. Paco zelf heeft vooralsnog meer aandacht voor het africhten van zijn hond Rick.
23 augustus 2011
Klein geluk: gepeperd…
…niet qua kosten, wel wat smaak betreft. Het jonge Spaanse-peperplantje in de tuin is uitgegroeid tot een forse plant, waaraan diverse flinke, nu nog groene pepers bungelen. Hun vorm en formaat doen eerder aan puntpaprika’s denken, dan aan zo’n pittig rood pepertje. Een exemplaar wijkt af: krom met dieppaars gekleurde stukken, maar het leukst om naar te kijken!
12 juli 2011
Afgepoeierd
Wespenterreur bij de overburen: de beestjes hebben zich in een spouwgat genesteld. Met de man van het verdelgingsbedrijf bekijkt de buurman het mogelijke wespennest. De situatie lijkt niet ernstig, de verdelger kondigt aan slechts preventieve maatregelen te nemen.
3 juli 2011
Retro
Regelmatig sleep ik ze mee naar huis: vondelingetjes. Gevonden en opgeraapt bij de vuilcontainer of, zoals nu, gevonden in en meegenomen uit de afvalcontainer. Na afloop van een rommelmarkt lag deze jongedame bovenop een berg afgedankte spullen. Ietwat verfomfaaid, een beetje slapjes maar desalniettemin koket, keek ze me olijk vanonder haar gehaakte mutsje aan.
Vanwege het hoge retrogehalte kon ik de verleiding niet weerstaan en nam haar mee.
8 juni 2011
Kommer en kwel
Waar normaliter in deze maand de gebruikelijke rust van de komkommertijd neerdaalt, heeft dat begrip nu een heel nieuwe lading gekregen: die van partijen doorgedraaide komkommers. Is het moed of overmoed, opportunisme vanwege de lage prijs of uit sympathie met de telers dat ik een exemplaar heb gekocht?
Niets van dat alles, het demoniseren ervan lijkt me gewoon wat overdreven. Goed wassen en daarna schillen, of anders stoven of bakken: mogelijkheden genoeg om buiten de bacteriële gevarenzone te blijven.
5 juni 2011
Afgelopen...
Dat betreft niet alleen mijn carrière als postbezorger, ook het schoeisel dat ik daarbij droeg, oogt inmiddels behoorlijk afgelopen. Aan de zolen te oordelen heb ik zelfs de kantjes ervan afgelopen. Rechts nog meer dan links, met als vermoedelijke boosdoener de steevast over mijn rechter schouder meegezeulde tas.
2 juni 2011
Eis
Sinds kort doet de ijscoman bij warm weer ’s avonds onze buurt aan. Een blikkerig Mister Sand(d)man uit de luidspreker op zijn busje kondigt zijn komst aan. Ik vraag me af waarom hij uitgerekend deze tune daarvoor heeft gekozen.
Maar dan ineens valt het kwartje: de man is solidair met de postbezorgers en maakt dat kenbaar met een looneis.
Mister Sanddman, bring me a dream…
29 mei 2011
De schouders eronder
Een goede schoudertas is onontbeerlijk tijdens het post bezorgen. De mijne heb ik twee jaar terug tussen de afgedankte spullen op zolder uitgevist. Een nylon exemplaar, stevig gevoerd, voorzien van heel wat handige vakken en met veel ruimte.
26 april 2011
Opslag
Al bijna twee jaar bezorg ik nu post, nog altijd tegen eenzelfde vergoeding. Inflatiecorrectie, een periodiek of andere vorm van opslag hebben zich al die tijd niet aangediend. Of toch…?
Periodieken, in de vorm van bladen, tijdschriften en magazines, zijn er genoeg. En ook van opslag is sprake. Weliswaar niet financieel, maar wel fysiek. In ons onlangs opgelapte houten schuurtje staan sinds Goede Vrijdag kratten met post opgeslagen. Te sorteren tijdens het paasweekend en niet eerder te bezorgen dan dinsdag, vandaag dus.
Telkens wanneer ik tijdens het paasweekend gereedschap voor mijn tuinklussen uit de schuur pak, kijk ik tegen de goedgevulde krattenstapel aan. Een opslagvergoeding hiervoor is ondergeschoffeld, een extra schep met geld zit er helaas niet in.
5 april 2011
Mispoes?
Het rammelt aan alle kanten en deze postbezorger zit wel met de brokken, maar niet bij de pakken neer. Want ondanks de hoeveelheid rammelende pakketjes, met onder andere kattenbrokken, de stapel loterijaanbiedingen in bruin pakpapier en het tegenvallende weer, ben ik hoopvol gestemd. Er ligt immers een veelbelovend akkoord voor een nieuwe postbezorgers-cao op tafel.
Nu maar hopen dat het echt goed uitpakt en niet op een kater uitdraait!
29 maart 2011
Klein geluk: boeken!
Wat is er prettiger dan helemaal opgaan in een goed boek?
Binnen de huid van Voskuil is de ontbrekende schakel tussen Bij nader inzien en de cyclus Het Bureau. Het boek, dat verhaalt over de complexe onderlinge relaties tussen twee bevriende stellen, inspireerde tot het maken van deze collage.
Op rolletjes?
Hoe verrassend het ook lijkt, zelfs postbezorgers hebben hun rode loper-moment. Dat van mij diende zich aan toen men op een van de postadresjes iets te vieren had. Een ingehuurd cateringbedrijf bracht niet alleen de rode loper in, maar ook een stoet aan personeel: in onberispelijk zwart en wit geklede obers en serveersters, die in optocht zilveren schalen vol lekkers naar binnen droegen.
Ik sloot als laatste aan in de rij. Niet met een feestelijke felicitatie, fraai gepresenteerd op een zilveren blad, maar met een wat armoedig – weliswaar geadresseerd – reclamedrukwerkje in de hand, dat vervolgens op de deurmat belandde.
Een paar bezorgdagen later regent het in een naburige woning rollen tapijt: vanwege een verbouwing worden ze vanaf één hoog het raam uitgegooid. Op een haar na treffen ze mij, wanneer ik nietsvermoedend post in de brievenbus werp, waarmee mijn kortstondige moment of fame definitief onder het tapijt geveegd wordt.
25 maart 2011
Noodstop
Gelukkig beschik ik over een sterke blaas. Ook beperk ik bewust mijn vochtinname voor ik de deur uitga, maar toch: wat te doen bij hoge nood? Mijn postwijk voert wel veelbetekenend het achtervoegsel ‘plassen’ in de naamsaanduiding, een gelegenheid daartoe doet zich tijdens het bezorgen niet voor.
Een openbaar toilet annex badhokje aan het strand is weliswaar vrij toegankelijk, maar nodigt niet uit tot een sanitaire stop. Al oogt het gebouwtje aan de buitenkant fris, binnen gebeuren er minder frisse dingen. Onlangs was een rioolonstoppingsbedrijf er al ’s morgens vroeg druk in de weer.
Bedankt voor uw bezoek en tot ziens! kopt een paneel naast het hokje. De tekst moet bedoeld zijn voor het strand-, niet voor het toiletoponthoud.
De verdere route voert enkel nog langs woonhuizen. Omdat er altijd druk verbouwd wordt, staat er meestal wel ergens een oude closetpot in de tuin. Maar om die nou als sanitaire voorziening te gebruiken…
Nee, dan vestig ik mijn hoop liever op andere alternatieven, als die tenminste dan al geopend zijn. Het viaduct afzakken en bij de kringloopwinkel mijn bijdrage aan het kringloopproces leveren, of een noodstop op de kinderboerderij mèt composthoop!
22 maart 2011
Grr...oet!
Volgens een nieuwe theorie heeft de holenmens het schrift uitgevonden, kopt een wetenschappelijk magazine in mijn postvracht. Meer kom ik niet aan de weet, maar het is genoeg om de fantasie te prikkelen. Met zijn uitvinding heeft die oermens dan toch maar een bijdrage geleverd aan mijn job. Zonder schrift ook geen post, bedenk ik me.
Dan ben ik bij het bezorgadres; even opletten nu. Achter het tuinhek ligt vaak een logge Sint Bernhard relaxed te doezelen. Die rust is echter maar schijn; zodra het hek opengaat onderneemt het beest actie, en ik noodgedwongen ook. Vlug grijp ik de spijlen van het hek om tijdens een spontane begroeting mijn evenwicht niet te verliezen, dan snel ik richting vrijstaande brievenbus. Daar klamp ik me weer stevig aan vast, want het enthousiasme van Benno – zoals ik het beest heb gedoopt – kent geen grenzen.
Meestal lokken de bewoners, gealarmeerd door het geblaf, Benno met wat lekkers naar binnen, zodat ik veilig de aftocht kan aanvaarden. Soms wordt het scenario omgedraaid, dan blaast Benno de aftocht en moet ik de bewoners alarmeren dat ze achter hem aan moeten.
Nog vol van mijn nieuwe inzichten open ik het hek. Benno is nergens te bekennen. Of heb ik toch iets over het hoofd gezien? Word ik begroet door een oermens, of is Benno nu ook verleden tijd? Want achter de nostalgische brievenbus, richting voordeur, ligt iets harigs: een bruine vacht, nonchalant over wat spullen gedrapeerd.Wie of wat eronder schuil gaat, blijft een raadsel.
18 maart 2011
Onbezorgd leven
De koppen van tijdschriften zijn – in tegenstelling tot hun formaat, verpakking en gewicht – geregeld een bron van vermaak tijdens de bezorgronde. Zo bleek deze week in het teken van het vrije, blije leven te staan.
Lekker in het leven, een reclameblad dat vanwege de bijgevoegde maandverbanden, inlegkruisjes en luiers beter Lekken in het leven zou kunnen heten en een magazine met als ondertitel Onbezorgd leven beten eerder in de week het spits af. Vandaag gevolgd door een echte glossy: Miljonair, dat om de abonnementstarieven voor de doelgroep toch vooral laag te houden, door bezorgers zoals ik bezorgd wordt.
Want laten we wel wezen, onbezorgd leven als miljonair zit er voor een postbezorger niet direct in. Goed, het werk op zich is leuk. En ook een miljonair heeft tenslotte gezonde beweging in de buitenlucht nodig…
Maar hoe zet je het lot naar je hand? De andere poststukken in de tas bieden misschien uitkomst. Kruis of munt: m'n geluk beproeven bij het geloof, of toch maar bij de loterij?
Bijna ongemerkt is de postklus geklaard. Nu begint voor mij het onbezorgde leven; tijd om de bloemetjes buiten te zetten. Bakken vullen, niet met geld, maar met voorjaarsbloeiers en kruiden. Bieslook, peterselie, basilicum en – weliswaar geen klinkende, maar toch – munt!
15 maart 2011
Verlicht
China kampt met een dringend tekort aan Bijbels, lees ik op één van de te bezorgen bladen. Qua postbezorging kan ik ook wel enige 'verlichting' gebruiken. De fietstassen zitten bomvol zware jongens: tijdschriftpakketten en catalogi. Lijvige boekwerken van Bijbelse omvang, onmisbare gidsen in het leven van de moderne mens.
Aan de vooravond van de Boekenweek – met als thema levensverhalen – denk ik terug aan een boek dat ik onlangs heb gelezen. Fabrieksmeisjes van auteur Leslie T. Chang volgt twee jonge vrouwen in het hedendaagse China, die de overstap van het platteland naar de enorme fabriekscomplexen in een mega-industriestad maken. Ondanks de erbarmelijke werkomstandigheden en de lage lonen zien zij zichzelf niet als slachtoffer van misdadige praktijken en uitbuiting, maar grijpen zij alle kansen aan om in het leven vooruit te komen. Of ze ook behoefte aan een Bijbel hadden, werd niet vermeld.
Tja, daarbij vergeleken is het hier heilig. De zon schijnt stralend, de tassen zijn leeg; verlicht keer ik huiswaarts.
13 maart 2011
Rolmodel
Afgelopen zomer vroeg een buurvrouw mij het een en ander over het postbezorgersbestaan; als herintreder overwoog ze om ook op die manier aan de slag te gaan. Ik meldde haar de positieve en negatieve aspecten, waarbij de eerste blijkbaar de doorslag gaven: ze draait inmiddels al een poosje mee.
Een goed moment om even bij te praten en wat ervaringen uit te wisselen. Ze had lang geaarzeld, vertrouwde de buurvrouw me toe, voor ze als hoger opgeleide de stoute schoenen aan durfde te trekken om post rond te brengen. Dat ik het deed, gaf de doorslag, dan kon zij het ook. ‘Ik ben een rolmodel!’, dacht ik gevleid.
Een twijfelachtige eer, bij nader inzien. Wat voor signaal geef je af wanneer je iemand weet te overtuigen om postbezorger te worden? Geen uitgekiende loopbaanstrategie, maar – geheel tegen alle vormen van emancipatie in – een weinig ambitieus deeltijdbaantje zonder ook maar enige inkomenszekerheid. Iets waar in de media, in het verlengde van Internationale Vrouwendag op 8 maart, juist nu volop aandacht aan wordt besteed.
Gelukkig is er een klein lichtpuntje. Want al wordt er regelmatig op beloningsverschillen voor beide seksen gewezen – in het nadeel van de dames –, bij de postbedrijven staan de bezorgers m/v in elk geval voor eenzelfde vergoeding op de rol!
4 maart 2011
Loopneus
Mijn loopbaan gaat vandaag gepaard met een loopneus, het gevolg van een zware verkoudheid. Ruim 50 kilo papier verstouw ik deze keer; het lijkt wel of datzelfde gewicht aan papieren zakdoeken erdoorheen gaat.
Door al dat snuiten en de venijnige kou heb ik nu een rode feestneus, helemaal in de carnavalssfeer.
Zelf ben ik niet in een feeststemming en sluit (klinkt als 'snuit') dan ook snel af. Volgend keer beter!
27 februari 2011
Baba Marta
Mijn recente bezoek aan de Bulgaarse hoofdstad Sofia riep, ondanks af en toe wat sneeuw, ook een lentegevoel op. Veel mensen hielden een bosje sneeuwklokjes in hun hand, steeds meer straatverkopers stalden hun martenitsi uit en kleurden de straten met rood-wit gekleurde wollige draden, gedraaid of geknoopt tot armbandjes, poppetjes, kwasten of pompons, bedoeld voor mens, huis en huisdier. Het dragen ervan moet Baba Marta - Grootmoedertje Maart - gunstig stemmen en zo voorspoed over de drager en een spoedige komst van de lente afroepen.
Volgens goed gebruik heb ik ook een martenitsa gekregen (koop ze nooit voor jezelf, maar geef ze aan je dierbaren, die op hun beurt jou zullen bedenken), een armbandje dat ik in elk geval van 1 tot en met 21 maart moet dragen, tot ik daarna een bloeiende boom of ooievaar tegenkom. Dan kan het koordje af en in de desbetreffende bloesemboom worden gehangen.
Op 1 maart is het dus Chestita Baba Marta! Ik hoop dat Baba Marta’s gunst dan tot in Nederland reikt en hier snel lente brengt!
26 februari 2011
Addertje
Tussen de te bezorgen post zaten diverse exemplaren van Arts & Auto. Ik kan me niet herinneren dit blad al eerder te hebben bezorgd. Wel doen ze me denken aan het lange wachten tijdens doktersafspraken, waarbij een stapel aftandse Arts & Autonummers uit lang vervlogen tijden het enige wachtkamervertier vormde.
Gelukkig hebben de meeste wachtkamers tegenwoordig een gevarieerder lectuuraanbod, al maak ik daar maar weinig gebruik van. Mijn conditie is – ongetwijfeld door al die uurtjes beweging in de buitenlucht – van dien aard, dat ik nauwelijks een dokter nodig heb; een bijkomend voordeel van het post bezorgen. Toch zit er een addertje onder het gras…
De recent ontvangen jaaropgave is erg confronterend en liegt er niet om. Al die uurtjes buiten leveren een wel heel schamel jaarinkomen op, waar dan nog eens de nodige premies afgaan. Zou daar nog ziekteverzuim – uiteraard geheel voor eigen rekening – bijkomen, wat blijft er dan nog over?
8 februari 2011
Bond girl
Ik ben een (vak)Bond girl, weliswaar op de fiets en zonder stand-in bij gevaarlijke actiescènes tijdens sneeuw en gladheid. Bij het aangaan van het bondslidmaatschap ontving ik zelfs een gadget: geen geheim wapen, maar een zadelhoesje met opschrift. Zodat de billen bij slecht weer in elk geval droog blijven.
1 februari 2011
Belast
Grauw
is de dag,
zijn ook de ganzen
op het strand
Blauw
verkleumd ben ik,
zijn ook de enveloppes,
gestapeld in mijn hand.
Leuker kan ik het niet maken!
30 januari 2011
Gepimpt
Omdat ik betrokken ben bij een expositie met doopjurken, graai ik in de kringloopwinkel enthousiast naar een witte dot voile en organza; misschien een afgedankt exemplaar? Het gehavende ding, inderdaad een babymaatje, kost anderhalve euro; daar zal ik me geen buil aan vallen. En met wat goede wil valt er best iets van te maken...
25 januari 2011
Goudkust
Het laatste stuk van de route naar mijn bezorgstartpunt voert langs een strandje. Zo vroeg in de ochtend ben ik daar altijd alleen, op die ene keer na. Een man met een groot apparaat in z’n handen jaagt me de stuipen op het lijf. Omgekeerd heeft mijn plotselinge verschijning hetzelfde effect op hem, maar zijn reactie is tegelijkertijd een beetje schichtig.
Betrapt met zijn metaaldetector gaat hij in het rulle zand aan de slag. Terwijl ik de post verderop in de brievenbus stop, hoor ik het ding piepen. Is de man op een bodemvondst gestuit?
De schatgraver heb ik na die ene keer niet meer gezien. Vanochtend dacht ik aan hem, toen ik rillerig door de regen weer langs het strand fietste. Lag hij, schatrijk, nu ergens onder een tropische zon aan het strand? Misschien moet ik m’n vergoeding – twaalf euro vandaag – ook in zo’n apparaat investeren; het is wellicht lucratiever dan het bezorgen van post!
18 januari 2011
Blaffende honden bijten niet
Dat er achter de brievenbusklep en de voordeur soms gevaar schuilt is me inmiddels wel bekend. Mijn handen hebben er regelmatig van te lijden, al ben ik aan een krab of beet van venijnige huisdieren tot op heden gelukkig ontkomen. Niet alleen zij zijn waakzaam, ook ik ben op mijn hoede. Gister dreigde het echter mis te gaan, niet buitenshuis, maar gewoon thuis bij het sorteren van de post.
16 januari 2011
Levens'fase'
Een cultureel dagje Rotterdam met een vriendin begint met bijpraten. Wel en wee passeren de revue, zo ook de perikelen die onze levensfase met zich meebrengt. Een valpartij bijvoorbeeld, die zich spontaan aandient en niet tegen valt te houden, studerende kinderen en andere zaken.
11 januari 2011
Aan de bel getrokken
Vandaag ging de ‘Beuk’ erin, letterlijk dan, in de vorm van een horecagids van het gelijknamige bedrijf. In omvang te groot voor de brievenbus betekent dat aanbellen bij de geadresseerde. Dat laatste hoefde gelukkig maar één keer. Want voor een niet duidelijk herkenbare bezorger voelt dat wel een beetje als belletje trekken.
Toch: duim omhoog voor de extra vergoeding vanwege het ongemak én de communicatie richting bezorgers! Dat het toevallig een dikke duim is, wordt veroorzaakt door een ontstoken wondje, opgelopen bij een onwillige brievenbus.
9 januari 2011
Doodloper
Over het viaduct, verscholen achter een geluidswal, ligt mijn postwijk: fraai gesitueerd aan en met weids uitzicht op de plassen. De vorm van het stratenplan doet denken aan een monster, dat soms goed-, soms kwaadaardig, gulzig ligt te wachten tot het voedertijd is.
Twee maal per week fiets en loop ik, om het beest te voeren, van kop tot staart of andersom, afhankelijk van de weersomstandigheden.
6 januari 2011
Klein geluk is… een glas karnemelk
Het glas kan halfvol, maar ook halfleeg zijn. Misschien drink ik daarom zo graag mijn dagelijkse portie karnemelk. Het patroon dat overblijft, laat het glas eerder vol dan leeg lijken.
Proost!
Abonneren op:
Posts (Atom)